Afval ontstaat als je iets niet meer kan gebruiken, je gooit dat dan weg. Iedereen heeft afval. Afval is bijvoorbeeld: kauwgom, een lege vulling, een leeg pakje drinken, een blikje enzovoort. Je kunt je haast niet voorstellen hoeveel afval wij hebben, we hebben veel meer afval dan de mensen vroeger. De natuur kan dat allemaal niet verteren dus krijgen we een hele grote afvalstapel. Sommige spullen van al dat afval kan je hergebruiken. In arme landen maken kinderen bijvoorbeeld van een colablikje of autoband speelgoed, maar ook in rijke landen zoals Nederland worden dingen hergebruikt (natuurlijk wel weer op een andere manier).

 

Afval is een rest product wat mensen overhouden en niks meer mee kunnen doen. Andere mensen of dieren kunnen er soms wel weer wat mee doen.

Denk bijvoorbeeld maar aan groenteafval dat je aan de kippen kan geven.

Bij afval denk je misschien aan huisvuil dat je in een afvalbak of in een vuilniszak stopt. Dat is echter maar een deel van alle afval. Niet alleen de mens maakt, ook planten en dieren maken afval. Afval van dieren bestaat bijvoorbeeld uit poep van levende dieren of dode dieren. Het afval van planten en dieren is biologisch afbreekbaar afval. De mens maakt producten van delen van planten of dieren. Afval dat afkomstig is van deze producten, is ook biologisch afbreekbaar. Voorbeelden van zulk afval zijn broodkorsten en papier.